Bpost betaalt lagere sociale lasten dan privébedrijven. De groep heeft dus een concurrentieel voordeel dat nog versterkt zou worden als het principe van een minimumloon, zoals voorzien in de plannen van bevoegd minister Petra De Sutter bij wet zou worden vastgelegd. Want die wet zou Bpost niet of nauwelijks impacteren omdat die met een apart paritair comité werken.
Kamerlid Freilich: “De pakjesmarkt is een concurrentiële sector, dat is anders dan de bedeling van brieven en andere basisdiensten die Bpost uitvoert. Om een gelijk speelveld te creëren en eerlijke concurrentie op de pakjesmarkt te voorzien, moet iedereen gelijk voor de wet zijn. Vandaar dat wij in afwachting van een volledige privatisering van Bpost al in juni voorstelden om de pakjesdivisie onder te brengen in een nieuwe vennootschap. Dat was in het verleden trouwens het geval met taxipost, maar net omdat het postbedrijf daar geen voordelen tegenover de andere spelers op de pakjesmarkt kon halen werd dat opgedoekt en geïntegreerd in het moederbedrijf.”
Tenslotte merkt Michael Freilich nog op dat de marktverstoring door Bpost niet enkel gebeurt door de lagere sociale bijdragen die het bedrijf betaalt. Bpost geniet immers ook rechtstreeks en onrechtstreeks staatssteun onder de vorm van verschillende overheidsopdrachten zoals het beheerscontract. Deze staatssteun, in de vorm van kruissubsidiering, zorgt ervoor dat Bpost andere activiteiten, zoals de bedeling van pakjes, goedkoper kan aanbieden dan private firma’s, wat niet de bedoeling kan zijn.